Jean-Simon De Verberie en de Pendules au Negre
door Harm Botje

In 1784 boden de twee Horlogiers du Roi, Furet en Godon, aan koningin Marie-Antoinette een heel bijzondere klok aan.

La Negresse enrubannee, zoals de pendule heette, was gemonteerd op een muziekdoos die 64 verschillende wijsjes kon spelen. Trok men aan haar oorbellen, dan kon men in haar ogen de tijd aflezen. Prijs: 4000 livres, omgerekend zo’n kwart miljoen euro, en dat in een tijd dat 300 livres als een goed jaarinkomen gold. Er zijn een viertal van deze pendules gemaakt. Een ervan staat in Buckingham Palace en werd rond 1790 gekocht door de Britse prins-regent. Ze vormen de eerste exemplaren van wat in de jaren daarna uitgroeide tot een gewild en kostbaar artikel, de Pendules au Negre, ook wel genoemd Pendules au Bon Sauvage, een idee dat Rousseau populariseerde.

Negresse enrubannee, gelijkend op de pendule van Marie-Antoinette.

Alle pendules en beelden op de drie Style Bon Sauvage pagina’s van deze site zijn gemaakt, ontworpen of geënspireerd door de onbetwiste meester op dit gebied, Jean-Simon De Verberie (1764-1824). Ook de beelden en de kandelabers komen uit zijn atelier. Door sommigen wordt hij zelfs de Michelangelo van het genre genoemd. Hij was twintig jaar en opkomend uurwerkmaker toen Marie-Antoinette de 64 deuntjes op haar Negresse afspeelde, hij maakte haar onthoofding mee en Robespierre’s Schrikbewind en hij vestigde zich rond 1800 in de Rue de Barbette in de Parijse Marais. In dat stadsdeel bracht hij zijn verdere werkzame leven door, vanaf 1804 op de Boulevard du Temple en van 1812-1820 in de Rue des Fosses du Temple, waar hij een grote werkplaats dreef.

De manier waarop hij zijn naam schreef getuigt van de woelige tijd waarin hij leefde.

Na de Revolutie liet hij het aristocratische voorvoegsel “de” vallen en noemde zich Verbery. Vervolgens combineerde hij naam en voorvoegsel tot Deverberie, om weer aristocratisch te eindigen als De Verberie. Op de 23ste Nive´se van het jaar VII (12 januari 1799) liet hij een dertiental van zijn ontwerpen officieel registeren, later gevolgd door andere. Ze zijn nu te bewonderen in de Bibliotheque Nationale in Parijs. Ook het ontwerp van “onze” Amerique (links), werd officieel geregistreerd. Veel vooraanstaande uurwerkmusea bezitten werk van De Verberie, waaronder het Musée Francois-Duesberg in het Belgische Mons (Bergen). Zijn pendules hebben allen één ding gemeen. Ze vallen op door hun bijzonder verfijnde en geraffineerde afwerking. De Verberie’s pendules zijn nooit gevernist, ze zijn gepatineerd. De ogen zijn van email, niet geschilderd of van glas. De oorbellen waarmee hij zijn vrouwenfiguren sierde zijn altijd perfect geslepen en van kleur. Meer dan wie van zijn concurrenten ook, en er waren er nogal wat, blinkt De Verberie uit door zijn opvallend fraaie afwerking. Hij is de meester van het detail.

door De Verberie gedeponeerde schets van “Amérique”, een van de pendules uit de Zuylenburgh Collectie.

“Politieke Pendules”

Maar De Verberie maakte niet alleen heel bijzondere pendules die opvallen door hun raffinement. Zijn pendules zijn in zekere zin tevens sociale en politieke getuigenissen. Ze keren zich tegen de slavernij en symboliseren gelijkberechtiging. De ideeën voor zijn ontwerpen putte De Verberie onder andere uit een boek dat aan het eind van de 18e eeuw in Frankrijk een enorme impact had. Dat boek, Paul et Virginie, is waarschijnlijk een van de populairste werken uit de Franse literatuur. Het boek werd geschreven door Jacques-Henri Bernardin de Saint-Pierre (1737-1814) en verscheen voor het eerst in 1787 als onderdeel van diens “études de la nature”. In dat op Rousseau geënte boek verwerkte Bernardin de St. Pierre zijn ervaringen en impressies van zijn reis om Afrika heen naar Ale de France, het tegenwoordige Mauritius, toen een Franse slavenkolonie. In 1789, het jaar dat de Franse Revolutie uitbrak,  verscheen het werk voor het eerst zelfstandig, en wel in Parijs bij Lémprimerie de Monsieur. Die uitgeverij was eigendom van zijn schoonvader, Pierre-Francois Didot (1731-1795), lid van een beroemde uitgevers-dynastie. De herdrukken en bewerkingen volgden elkaar daarna in hoog tempo op.